De AEX-index in Amsterdam sloot 5,49 punten (1,8 procent) lager op 300,95 punten. De MidKap-index zakte 13,13 punten (2,6 procent) tot 498,93 punten. De beurzen in Londen, Parijs en Frankfurt verloren tot 2 procent.

De werkgelegenheid in de Verenigde Staten is in april met 115.000 banen toegenomen. De banengroei viel daarmee fors lager uit dan de 170.000 banen die economen gemiddeld hadden voorspeld.

Gemengd beeld

Macro-economische cijfers uit de eurozone lieten vrijdag een gemengd beeld zien. Uit definitieve cijfers van onderzoeksbureau Markit bleek dat de economische activiteit in de eurozone in april sterker is afgenomen dan eerder werd gedacht. De detailhandelsverkopen in de eurozone lieten daarentegen in maart een onverwachte stijging zien.

Woensdag en donderdag ging de AEX ook al omlaag, door tegenvallende cijfers over de Amerikaanse dienstensector en de fabrieksorders in de VS. Die cijfers wakkerden de zorgen over het afzwakkendeeconomische herstel in de grootste economie ter wereld verder aan.

Dalers

In de AEX behoorde chemiebedrijf DSM vrijdag tot de dalers met een verlies van 3,4 procent na een adviesverlaging. Verffabrikant AkzoNobel leverde 2,4 procent in. De vakbonden hebben hun leden bij AkzoNobelopgeroepen het werk te onderbreken om een beter sociaal plan af te dwingen. Randstad ging 5,2 procent omlaag.

Air France-KLM zakte 0,8 procent. De Frans-Nederlandse luchtvaartcombinatie leed in het eerste kwartaal een nettoverlies van 368 miljoen euro. Hoge brandstofkosten en een daling van het vrachtvervoer wogen zwaar op het resultaat. Ondanks de moeilijke tijden handhaafde Air France-KLM de doelstellingen voor 2012.

Grootste stijger

KPN was de grootste stijger in de AEX met een winst van 1,8 procent. Ahold boekte een winstje van 0,2 procent.

In de MidKap voerde bouwbedrijf BAM de dalers aan met een min van 5,3 procent. De maker van bakkerijproducten CSM was een stijger onder de middelgrote fondsen met een plus van 4,1 procent.

Banken

In Parijs zakte BNP Paribas 0,4 procent. De Franse bank boekte in het eerste kwartaal meer winst dan verwacht dankzij de verkoop van zijn aandeel in vastgoedgroep Klépierre. Royal Bank of Scotland ging in Londen 0,3 procent omlaag. De bank, die voor ruim 80 procent in handen is van de Britse staat, zag de operationele winst in het eerste kwartaal sterker toenemen dan verwacht.

De zorgen over de Amerikaanse economie hadden ook hun weerslag op de olieprijzen. De prijs van Amerikaanse olie zakte 4,2 procent tot 98,18 dollar per vat en Brentolie werd 3,3 procent goedkoper op 112,22 dollar per vat.

De euro was 1,3089 dollar waard, tegen 1,3150 dollar aan het eind van de Europese beurshandel donderdag.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl